Scheepssier
Alle schepen van de Koninklijke Marine varen met een wapenschild aan boord. Samen met de scheepsbel en twee naamborden vormt het schild een drie-eenheid. In ons depot liggen veel bijzondere stukken scheepssier veilig opgeborgen.
Koninklijke versiering
Tijdens een open dag of een bijzondere gebeurtenis, komt de bezoeker via de valreep aan boord van een marineschip welke is gesierd met valreepborden die links en rechts op de valreep aansluiten. Soms op de kade en soms aan dek. Dit bord is afkomstig van het raderstoomschip der eerste klasse Valk, die in 1863 op de Rijkswerf in Amsterdam werd gebouwd.
Meer over koninklijk jacht Valk
Als marineofficier was prins Hendrik ‘de Zeevaarder’ dikwijls aan boord van de Valk te vinden. Vanaf 1882 deed het schip dienst als koninklijk jacht en ondernam verschillende reizen naar bijvoorbeeld Engeland. Afgemeerd in een Engelse haven stond bijgaand valreepbord, met aan de voorzijde een in bladgoud afgezette Nederlandse leeuw, te blinken bij de valreep. In mei 1895 ging de Valk uit dienst en kwam in 1898, vlak voor de inhuldiging van koningin Wilhelmina, onder de sloophamer terecht. Wat dat betreft is het met bladgoud belegde valreepbord een stille getuige van alle pracht en praal die de Valk ooit sierde.
Scheepssier
Ceremonieel
Een sierlijk voorbeeld daarvan is de ceremoniële mondingsstop van een kanon afkomstig van de onderzeebootjager Hr. Ms. Groningen (1956-1981). Op de stop, die de mond van een 12 cm no. 10 afsloot, staat het wapen van de provincie Groningen afgebeeld. De stad Groningen en de Ommelanden gingen na de reductie van de stad in 1594 op in één gewest. Het wapen is een combinatie van het wapen van Groningen en het wapen van de Ommelanden.
Kroon op de top
Door de tijd heen worden masten aan boord van Nederlandse marineschepen schaarser. Vaak zijn daar navigatieverlichting en antennes in opgehangen. Op de masttop is bij gelegenheid een vlaggenmastkroon te zien. Een mooi stukje pronkwerk!
De kroon symboliseert het koninkrijk Nederland en geeft aan dat ook de marine zich koninklijk mag noemen. Niet voor niets troont in het wapen van de Koninklijke Marine de kroon boven een onklaar anker. Bovenin de mast is de kroon goed herkenbaar. Het goud van de geparelde kroon, dat met kleine rode, witte en blauwe vlakken is ingevuld, schittert in de zon.
Wapenschild
Met echt goud
Alle schepen van de Koninklijke Marine varen met een wapenschild aan boord. Samen met de scheepsbel en twee naamborden vormt het schild een drie-eenheid. Dat is een stevige traditie. De schaars overgebleven elementen van scheepssier doen met weemoed terugdenken aan de zeventiende- en achttiende eeuw. De tijd waarin schepen rijk gedecoreerd waren met mythologische en allegorische figuren om kracht, snelheid en rijkdom tot uitdrukking te brengen.
In de twintigste eeuw blijven alleen het wapenschild, valreepbord, valreeptrede, naambord en mondstop over en is het vanaf 1918 verplicht om met een wapenschild te varen. Dit schild is afkomstig van Hr. Ms. kustmijnenveger/mijnenjager Drunen (1956-1984). Het wapen van de stad Drunen werd op 16 juli 1817 bij besluit van de Hoge Raad van Adel ingevoerd.
Goudhoek
Veel scheepssier wordt gemaakt in de ‘Goudhoek’ op het Marinebedrijf. Nog steeds worden daar de naamborden, wapenschilden, wandemblemen etc. gemaakt.
Leuk weetje: In een wapenschild worden gemiddeld 8 velletjes goud verwerkt. De Goudhoek maakt jaarlijks gemiddeld 500 wapenschildjes en zo’n 150 naamborden ( Alle Hens, 2013)