Wensenlijst

De Nederlandse marine had tijdens de Tweede Wereldoorlog veel schepen verloren en de rest was verouderd. Maar we waren vastbesloten om onze marinevloot weer snel op te bouwen. De marine maakte een wensenlijst en nam die mee naar de Verenigde Staten. De mensen van MDAP waren onder de indruk van onze ambitie en keurde onze wensenlijst goed. Zo kreeg de Nederlandse marine geld om zelf weer nieuwe schepen te bouwen. Daarnaast leenden we schepen van de Britten en Amerikanen en kregen we een aantal van hun oudere schepen.

NAVO

In 1949 werd Nederland onderdeel van de NAVO. Een militair bondgenootschap van landen die in geval van oorlog samenwerkt. Ook landen zoals de Verenigde Staten, Engeland en Frankrijk horen bij de NAVO. De Koninklijke Marine kreeg meteen een duidelijke taak binnen de NAVO: mijnen vegen.

Mijnenvegen

Tienduizenden zeemijnen en bommen waren er in de Tweede Wereldoorlog in de zee rond Nederland gedropt. Vrachtschepen en vissersschepen konden niet meer veilig werken op zee. De marine moest deze mijnen snel opsporen en onschadelijk maken. In 1951 hadden we weer veilige vaarroutes. In korte tijd waren was Nederland dus super goed geworden in mijnen vegen.

Het Rode Mijnengevaar

Die skills kon de NAVO goed gebruiken, omdat de Sovjet-Unie, de vijand van de NAVO in de Koude Oorlog, veel zeemijnen in de Noordzee zou kunnen leggen. Het werd ook wel het ‘Rode Mijnengevaar’ genoemd. Nederland kreeg via MDAP van de VS-geld om maar liefst 68 schepen te bouwen voor mijnenbestrijding. Die moesten ervoor zorgen dat de Sovjet Unie niet de kans zou krijgen om met zeemijnen belangrijke vaarroutes tussen landen te blokkeren.

Samenvattend: het Marshallplan, of MDAP betekende dat de Nederlandse marinevloot na de Tweede Wereldoorlog snel weer kon worden opgebouwd, dat we daardoor serieus werden genomen binnen de NAVO en een belangrijke taak kregen in de Koude Oorlog tegen het Rode Mijnengevaar.